Wij gebruiken cookies om onze website gebruiksvriendelijker te maken. Door op deze site te blijven gaat u akkoord met ons gebruik van deze cookies.

Lees meer over cookies
Accountants & Belastingadviseurs in Amsterdam. Sinds 1948. +31 20 5608989

COLUMN Sjoemelkop

Honderdduizenden automobilisten betalen jaarlijks te veel belasting over hun auto van de zaak. Dat komt omdat de fiscus voor de bijtelling de verkeerde autowaarde gebruikt. Dat levert de schatkist miljoenen extra op. Aldus een bericht uit De Telegraaf van 22 oktober jl.

7-martin (1).png
Door Martin Noordzij
31 oktober

Waar gaat dit over. Het blijkt dat er veel personenauto’s in de markt worden gezet waarbij de dealer interessante kortingen geeft ten opzichte van catalogusprijs. Echter de netto catalogusprijs is bepalend voor bijtelling voor de loonheffing als het een door de werkgever ter beschikking gestelde auto betreft. Dus je koopt de nieuwe auto voor een aanzienlijk lager bedrag dan de netto catalogusprijs terwijl de catalogusprijs de basis is om de bijtelling van de werknemer op te baseren. Dat wringt blijkbaar. Volgens het bericht heeft De Vereniging van Zakelijke Rijders (VZR) al tevergeefs aan de bel getrokken bij de belastingdienst.

De kop van het bewuste artikel bestaat uit drie woorden. “Fiscus benadeelt leaserijder”

De kop trekt aandacht. Ik ga dit eens ontleden.

Wat en wie wordt er bedoeld met leaserijder. Inmiddels hebben alle media een verzamelnaam gekozen om een auto van de zaak kort en krachtig aan te duiden als leasebak. Letterlijk bekeken komt dit stom over. Er zijn heel veel ondernemers die helemaal geen leaseauto’s hebben maar gewoon zelf hun auto’s kopen. Die auto’s worden blijkbaar ook bedoeld. In de media is een leasebak dus geen auto meer die geleased wordt, maar elke auto die door een werkgever op welke manier dan ook ter beschikking wordt gesteld aan een werknemer.

Dan wordt er gesteld dat de fiscus de leaserijder benadeelt. Een boute stelling. Wat is de praktijk. De fabrikant meldt de auto’s aan in Nederland en de BPM is een percentage van de netto catalogusprijs. En die prijs wordt echt niet verzonnen door de belastingdienst, maar opgegeven door de fabrikant of importeur. Dus de fabrikant meldt een auto aan voor de BPM en geeft daar dus een te hoge prijs op en daarover wordt de BPM berekend. De netto catalogusprijs inclusief belastingen is dan bekend. Dan verkoopt de dealer als verlengstuk van de fabrikant die auto weer met structurele kortingen en krijgt de fiscus de schuld dat zij de leaserijder benadeelt. Deze beschuldiging krijg ik niet rondgerekend. Als er al sprake is van benadeling, dan zie ik de fabrikant als veroorzaker en niet de ficus. En indien hier sprake is van benadeling, dan is de schade voor de werkgever en de werknemer nog vele malen groter. De BPM is ook over een te hoog bedrag geheven. Er van uitgaande dat er geen sprake is van een complot (zie eerdere column), dan hebben de autofabrikanten nog veel meer uit te leggen dan de verbruikscijfers per kilometer en CO2 uitstoot.

Rijders in tweedehands auto’s zijn al lang gewend aan een systeem waarbij de bijtelling over een geheel ander bedrag gaat dan de aanschafprijs. Zij kunnen dus ook in het verlengde van de schuldvraag als slachtoffer worden gezien.

De samenleving is er bij gebaat dat er geld beschikbaar komt voor de algemene middelen. De auto is een prima melkkoe en zal dat ook nog wel blijven. De discussie zoals de onderhavige ook.

Martin Noordzij